Theatergroep Ponies: Kaas en de Evolutietheorie (P)
ponies_1
ponies_2
De typering Theatraal College impliceert het al: Kaas en de Evolutietheorie is veruit de meest concrete voorstelling van De Ponies tot nu toe. Waren vorige voorstellingen nogal eens opgebouwd uit een verzameling onsamenhangende ideeen, absurde typetjes, (te) fantasierijke teksten en vage vormgeving; bij de nieuwe productie van de theatergroep - opgericht in 2005 - vormt het boek van Bas Haring een heldere leidraad.
Een nadeel van het boek als rode draad is dat het geschreven is voor iedereen vanaf 11 jaar. Hierdoor worden enkele - als algemeen bekend veronderstelde - wetenswaardigheden iets te uitgebreid uitgelegd en toegelicht. Daarnaast is het jammer dat meerdere fragmenten uit de voorstelling een te letterlijke kopie is van stukken uit het boek. Verder spelen de hits en personage van Michael jackson een wel erg grote rol. Hier en daar erg grappig gedaan, maar ook wel weer een iets te makkelijk ingezet element die met het geheel misschien minder van doen heeft. Maar ach, do you always have to kill your darlings?
Tijdens de toegift van het stuk zijn ze al deze kritiek op een erg originele manier en met veel zelfspot voor. De Ponies vertellen ieder in een live making-of-vorm wat er aanvankelijk nog meer voor ideeen waren en wat wel en niet ZO BEDOELD is.
Al met al een luchtige, humorvolle, pretentieloze voorstelling. En vooral dat laatste maakt het bijzonder prettig om naar te kijken. De Ponies zijn met deze voorstelling de kleine zaal van Theater Kikker definitief ontgroeid.
Herman van Veen, 400e keer Carre
herman_1
herman_2
In april 1978 kreeg ik voor mijn verjaardag de LP Alfred J. Kwak. Behalve liedjes als Wat heb je nou aan geld (als je niet kunt zwemmen, ook al zeggen ze: hij zwemt in het geld) en Je eigen schuld (...een dikke bult je eigen schuld en als het moet prik ik zelfs in je bil) kwamen via de platenspeler van mijn ouders ook liedjes van de LPs Goed voor een glimlach, Voor een verre prinses en Alles voorbij.
Nu, pas 30 jaar later, zie ik Herman van Veen voor het eerst live, tevens de eerste voorstelling die ik zie in Carre. Het blijkt zijn 400ste optreden in het prachtige koninklijke Amsterdamse theater te zijn. Om het feest compleet te maken wordt de clown - ook tot zijn eigen verrassing - door minister Plasterk benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw (sinds 1993 was hij al Ridder in de Orde van Oranje Nassau). En dat alles op de verjaardag van mijn vader in het bijzijn van het hele gezin.
De liedjes Pijpenstelen, Anders Anders, God Is Gratis / God Is De Wind en Onderaan De Dijk komen voorbij en muzikaal gezien is het van wereldniveau. Erik van der Wurff (piano, bas), Edith Leerkes (gitaar en zang) en Jannemien Cnossen (viool en zang) vormen samen met Van Veen een gouden kwartet. De voorstelling is een aangename, boeiende mix van muziek, verhalen, sketches, subtiele (visuele) grappen, nostalgie en heerlijke flauwekul. Liefde van later vormt het toefje slagroom op de verjaardagstaart en maakt de avond meer dan compleet.
(o ja, en bij de 500ste keer Carre (in 2012?) graag een - niet postume - onderscheiding voor Erik van der Wurff, alvast bedankt majesteit!)
Keane kabbelt
keane
Vandaag zie ik samen met 2 ex-muziek-en-technologie-studenten en een muzikant-drummer het optreden van Keane in Ahoy. Of we nu naar Keane, de keukenhof of de freubelbeurs waren gegaan maakt niets uit, van de eerste tot de laatste seconde gaat het uitsluitend over muziek: (live)geluid, clicktrack, frequentiegebieden, bezochte concerten in het algemeen en het concert van Keane in het bijzonder.
En Keane valt een beetje tegen. Dat heeft in de eerste plaats te maken met de setlist. Oude nummers en nieuwe nummers worden afgewisseld en met name de spreiding van de hits heeft tot gevolg dat het concert uiteindelijk op geen enkel moment van de grond komt. Ook de akoestische intermezzo s dragen niet bij aan de mogelijkheid om los te gaan. Af en toe gaan de handen even de lucht in, maar dat is steeds van korte duur.
Daarnaast hebben de nummers weinig dynamiek (met name drummer Richard Hughes lijkt er niet zo mee bezig te zijn). Ook improvisatiemomenten en interactie tussen de bandleden onderling zijn ver te zoeken; de liedjes doen het werk wel, maar het musiceerplezier spat niet bepaald van het podium. Alles wordt precies gespeeld zoals het op cd staat, niet meer en niet minder. Uitzondering is het nummer Bend and Break dat zanger Tom Chaplin solo ten gehore brengt, zichzelf begeleidend op akoestisch gitaar. En juist dat liedje had ik graag met voltallige band (inclusief bassist) willen horen met een dampend en springend Ahoy tot gevolg.
Al met al is het vooral een luisterconcert waar je net zo goed bij had kunnen gaan zitten. Leuk voor met je liefje en een zak M&Ms.
Kwalitatief was het concert zeker niet slecht. Chaplin kan echt zingen en de Keane-liedjes zijn zeker boeiend genoeg om naar te luisteren. Maar goed, er volledig in opgaan zat er - wat mij betreft - niet in. Een leuke avond met heel veel lol en slap ouwehoeren was het zeker wel.
Il y a longtemps
ilyalongtemps
Hout
hout
Oranje wordt Paars
studio
Studio
studio
NFF Finale en vooruitblik
lazlo
Lazlo Tonk doet het nagesprek bij de documentaire Jan Mesdag Zingt Brel. Hij weet de antwoorden op de vragen grotendeels al, hij heeft de film namelijk zelf geproduceerd.

oh_deer1
Nils Rensen (bij deze film leerling editor) en Jean van de Velde (in dit geval meester regisseur) tijdens de premiere van de film Oh Deer!

decleir
Jan Decleir is even over gekomen vanuit Bulgarije. Hij heeft geen enkele film op het festival gezien en speelt ook niet in een film die er aan zit te komen, maar dat maakt niet uit: even kletsen met Jan Decleir kan nooit kwaad.

dinges
Marike van de Pol over de film Bride Flight (Bruidsvlucht). Jonge verloofde emigrantes vliegen in 1953 mee aan boord van een KLM-toestel dat de air-race van Londen naar Christchurch (Nieuw-Zeeland) wint.

oliehoek
Tim Oliehoek en San Fu Maltha over de film Spion van Oranje (met Paul de Leeuw in meerdere rollen). Kosten: ongeveer 3,5 miljoen euro. Februari 2009 in de bioscoop.

koolhoven
Martin Koolhoven over zijn verfilming van Oorlogswinter (Jan Terlouw). Met muziek van Pino Donaggio. Najaar 2008 in de bioscoop.
Radeloos / Malkovich
radeloos'
Na een nacht nagenoeg door te hebben gehaald voor het componeren van muziek bij een Promo voor Comedy Central, sta ik met mijn brakke hoofd in het Louis Hartlooper Complex een nagesprek te doen met Dave Schram, Maria Peters, Niels Oosthoek, Marius Gottlieb en Marloes van der Wel (de laatste noem ik een paar keer Robin (Martens) omdat die op mijn gastenlijstje staat). Cast en Crew van Radeloos. Een erg spontaan nagesprek na afloop van een erg a-spontane film. Bijna elke zin van het script komt onnatuurlijk uit de monden van de acteurs. En het zijn niet de acteurs, het zijn de teksten die te wensen over laten. En dat je er bij de jeugd niet mee weg komt blijkt als ongeloofwaardige en oubollige teksten belachelijk gemaakt worden door ze hardop na te praten.
coco
Dit is Coco Schrijber, maker van de documentaire Bloody Mondays & Strawberry Pies. In de talkshow vertelt ze hoe ze John Malkovich heeft weten te strikken voor de voice-over in haar film.
Met behulp van Google komt ze er achter dat Malkovich van borduren houdt, dus bedenkt ze dat het wel leuk - of op zijn minst opvallend - zou zijn om hem een brief te borduren in plaats van te schrijven. Maar Schrijber is zelf te stoer om te borduren, dus geeft ze een willekeurige dame in een bejaardentehuis een bos bloemen en 50 euro om het borduurwerkje voor haar op te knappen. Het borduren gaat echter veel te langzaam en de vrouw opjagen mag niet baten. Na twee maanden heeft het lieve vrouwtje slechts de woorden Dear Mister Malkovich geborduurd en zit het borduursel ook nog eens onder de zweet- en koffievlekken. Uiteindelijk laat Schrijber de brief machinaal borduren bij degene die ook de emblemen van de Ajax-shirts verzorgt. De brief is net op tijd klaar als Schrijber op de trein naar Parijs stapt om daar Malkovich te ontmoeten.
Met een stoere zwarte broek en dito shirt, maar met opvallende schoenen oefent ze in Parijs het loopje van hotel naar hotel om er zeker van te zijn dat ze niet te laat zal komen. Het gesprek heeft ze goed voorbereid, maar gaat uiteindelijk vooral over elkaars familie en depressies. Maar de schoenen vallen in de smaak (I like your shoes!) en Malkovich besluit naar Amsterdam te komen voor het inspreken van de voice-over.
Schrijber is zo aardig om Monic Hendrickx (groot fan) via sms (Malky is in town!) op de hoogte te stellen van de aanwezigheid van Malkovich, die overigens behalve in borduren ook veel interesse in de keukenhof blijkt te hebben. Hendrickx laat de kans niet liggen en voegt zich bij Malkovich, Schrijber en haar vriend Jeroen die in de keuken uitgebreid staat te koken. Omdat Hendrickx zich niet zo goed een houding weet te nemen assisteert ze Jeroen bij het kokkerellen om zich op die manier enigszins achter het fornuis en Jeroen te kunnen verstoppen.
Het ijs breekt pas als Malkovich zijn gasten trakteert op een prive-voorstelling door onder andere zijn moeder en Jack Nicholson te imiteren. Hoewel Schrijber haar film moet monteren en eigenlijk helemaal geen tijd heeft om met hem naar de keukenhof te gaan, weet ze het er van 9.00 uur tot 13.00 uur met Malkovich (die zo nodig elk bloemetje op de foto moet zetten) uit te houden. Tot Schrijbers grote verbazing wordt Malkovich door niemand herkend. Als ze op een terrasje zitten komt er een wat ouder Amerikaans echtpaar bij hun tafeltje staan en vraagt: Aren t you Peter Mondain? En Schrijber vraagt zich af: verwarren deze mensen de naam van een bekende acteur met die van Malkovich? Maar nee hoor, het blijkt dat het echtpaar Malkovich voor een kennis van lang geleden heeft aangezien.